OpenAI's Onderzoek Onthult: Verhoogd Gevoel van Eenzame Users door ChatGPT
Cambridge, maandag, 24 maart 2025.
Een nieuw onderzoek van OpenAI en het MIT Media Lab werpt licht op de emotionele impact van ChatGPT-gebruik, waarbij intensief gebruik kan leiden tot een groter gevoel van eenzaamheid bij gebruikers, vooral bij het gebruik van de spraakmodus. Het onderzoek toonde aan dat gebruikers die gesprekken voerden met een stem van het andere geslacht, zich aan het einde eenzamer voelden. Deze bevindingen roepen belangrijke vragen op over de rol van AI in ons dagelijks leven, vooral gezien het feit dat ChatGPT slechts beperkt als AI-compagnonapplicatie wordt gepositioneerd. Dit onderzoek vormt de eerste stap naar een dieper begrip van hoe zulke technologieën onze mentale gezondheid kunnen beïnvloeden, met het oog op veiligere en gezondere interacties in de toekomst.
Omvang van het Onderzoek
Het onderzoek, dat afgelopen donderdag werd gepubliceerd, is gebaseerd op een indrukwekkende dataset van meer dan 40 miljoen interacties met ChatGPT, waarbij 4076 gebruikers werden gevolgd [1]. Daarnaast werd een gecontroleerde studie uitgevoerd met 981 deelnemers die gedurende vier weken dagelijks minimaal 5 minuten ChatGPT moesten gebruiken [2].
Opvallende Bevindingen
Het onderzoek toont aan dat vooral intensieve gebruikers van de spraakmodus significant meer eenzaamheid en emotionele afhankelijkheid rapporteerden [1]. Een opmerkelijke ontdekking was dat deelnemers die communiceerden met een ChatGPT-stem van het andere geslacht, aan het einde van het experiment een sterker gevoel van isolatie ervoeren [2]. De duur van de interacties speelde hierbij een cruciale rol - gebruikers die de AI-assistent als gesprekspartner gebruikten, spendeerden gemiddeld een half uur per dag aan deze gesprekken [3].
Nieuwe Technologische Ontwikkelingen
OpenAI heeft parallel aan dit onderzoek nieuwe audiomodellen geïntroduceerd die de gebruikerservaring verder verfijnen. Deze nieuwe modellen, waaronder GPT-4o Transcribe, vertonen een aanzienlijk lagere foutmarge bij het verwerken van spraak, met een word error rate van slechts 3,78 procent voor het Nederlands [4]. Deze technologische vooruitgang maakt de interacties nog natuurlijker, wat mogelijk de bevindingen over emotionele binding verder kan beïnvloeden [alert! ‘lange termijn effecten van verbeterde spraakmodellen zijn nog niet onderzocht’].